Elektriciteit in de badkamer
Omdat water een goede geleider is, moet je extra voorzicht zijn met de elektriciteit in de badkamer. Toch kun je niet zonder elektriciteit voor je dagelijkse rituelen. Hoe los je dat op? Een overzicht van de do’s en don’ts van elektriciteit in de badkamer.
Differentieelschakelaar
Als we het hebben over elektriciteit in de badkamer, beginnen we bij de differentieelschakelaar, ook wel de aardlekschakelaar of de verliesstroomschakelaar genoemd. Voor elke natte ruimte (dus ook de badkamer) ben je verplicht om een extra differentieelschakelaar van 30mA te voorzien in je installatie/verdeelkast.
De differentieelschakelaar beschemt je tegen elektrocutie. Wanneer er een lekstroom is van 30mA valt de volledige elektrische installatie uit. Een dergelijke lekstroom ontstaat als de hoeveelheid stroom, die in de stroomkring gaat groter is dan de terugkerende stroom.
Stopcontacten in de badkamer
Hoeveel stopcontacten heb je per kamer nodig en in dit geval in de badkamer? Dat bepaal je natuurlijk zelf, maar wij raden er minimum twee aan. Voor elke zijde van de wastafel één exemplaar.
Contactdozen moeten elk individueel beschermd zijn door een veiligheidstransformator (vermogen van maximaal 100W) en een differentieelschakelaar (met een gevoeligheid van 10mA).
De elektrische leidingen mogen niet over een over metalen omhulsel (pantsering in metaal, VFVB, XFVB) beschikken. De plaatsing van de leidingen mag zowel in opbouw als inbouw. Dit moet wel gebeuren volgens de voorwaarden het AREI.
Lees meer: Wees niet te zuinig in de elektrische installatie
Elektrische zones in de badkamer
Elektriciteit en water gaan niet samen. De delen rond het bad of de douche worden daarom verdeeld in zones. In elke zone is er een reglementering in verband met het toegestane, elektrische materiaal. Het gebruikte materiaal mag geen hinder hebben van omgevingsfactoren. Dit zijn bijvoorbeeld: waterdruppels, condensatie en stoom.
Concreet komt het er op neer dat er dat in er in de directe omgeving van het bad of douche (zone 0) geen elektrisch materiaal mag aanwezig zijn. De uitzondering is wel het materiaal dat bij het verwarmingstoestel behoort. Denk aan vast opgestelde waterverwarmers of verwarmingsweerstanden in de vloer. In de zones 1, 2 en 3 mag er meer aanwezig zijn. Alles wat met verlichting en bediening te maken heeft kan. In zone 3 komen daar nog de temperatuurvoelers bij.
Leidingen
- Mogen geen metalen omhullingen bevatten
- Moeten horizontale en verticale trajecten volgen
- Alleen bestemd voor elektrisch materiaal geplaatst in deze volumes
Bijkomende equipotentiaalverbinding
Alle vreemde geleidende delen (water, gas, ...) en massa’s van elektrisch materiaal moeten plaatselijk met elkaar verbonden worden.
Verlichting in de badkamer
In de badkamer is er slechts één verlichtingskring toegelaten.
Vloerverwarming
De elektrische weerstanden moeten bedekt zijn met een metalen netwerk dat verbonden is met de bijkomende equipotentiaalverbinding.Voor vloerverwarming heb je een bijkomende differentieelschakelaar van 100mA nodig
Waar | Beschermingsgraad | |
Zone 0 | De binnenkant van het bad of de douche. |
|
Zone 1 | De zone rond de badkuip of douchebak tot op een hoogte van 2,25m, gemeten vanaf de vloer en in een straal van 1,2 m vanaf het waterpunt. |
|
Zone 2 | Deze zone is begrensd door de verticale vlakken vanaf zone 1 op het verticale blad gelegen op een straal van 0,6m vanaf zone 1. |
|
Zone 3 | Deze zone is begrensd door de verticale vlakken vanaf zone 2 en het verticale vlak gelegen op een straal van 2,4m vanaf zone 2. |
|
* VAC of de hoeveelheid wisselstroom van een elektrisch apparaat.
** De IP (Ingress Protection ) geeft de mate van bescherming aan, die elektrisch materieel biedt tegen het binnendringen van vocht en vaste voorwerpen. Meer info: De IP-waarde of IP-code
Meer veiligheid
Om een 'veilige' badkamer voor het hele gezin te hebben, moet je meer dan enkel letten op de elektriciteit. Waar moet je nog opletten? Ontdek het in het artikel: Een veilige badkamer voor kinderen en senioren.
Auteur: Daan Slingers