Bouwen en de wet

De juiste manier om een bouwvergunning aan te plakken

Let op: reglementering rond ruimtelijke ordening en stedenbouw is geregionaliseerd, hierdoor heeft elk gewest zijn eigen reglementen. Bekijk daarom ook altijd de wetgeving die van toepassing is in jouw gewest.

Nadat je een bouwvergunning hebt aangevraagd en je een stedenbouwkundige vergunning hebt toegekend gekregen, ben je wettelijk verplicht deze vergunning op een zichtbare plek aan te plakken op de plaats van de vergunningsaanvraag zelf. Maar op welke manier doe je dit nu precies? En met welke termijnen moet je rekening houden?

We vertrekken van een concreet voorbeeld: De buurman heeft enkele maanden geleden een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning ingediend voor het bouwen van een woning op het braakliggende perceel naast ons huis. Ondertussen heeft de gemeente deze aanvraag goedgekeurd en kreeg de buurman twee weken geleden zijn stedenbouwkundige vergunning. Maar die vergunning werd tot op vandaag nog niet aangeplakt op het perceel. Betekent dit nu dat de termijn voor het indienen van een eventueel beroep nog niet van start is gegaan? En wat zijn de mogelijke gevolgen of sancties bij niet-aanplakking?

De burgemeester beveelt

Sinds 1 september 2009 heeft de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening het decreet ruimtelijke ordening en stedenbouw op sommige vlakken grondig gewijzigd. Eén van de belangrijkste wijzigingen is de manier waarop stedenbouwkundige vergunningen bekend gemaakt moeten worden.

Op bevel van de bevoegde burgemeester van de gemeente of stad die de stedenbouwkundige vergunning heeft verleend, wordt deze uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De aanplakking moet gebeuren gedurende een periode van 30 dagen.

Hoe moet je een stedenbouwkundige vergunning aanplakken?

Je bent verplicht om het document ‘bekendmaking’ aan te plakken

  • op een gele A2 affiche;
  • op de plaats waarop de vergunning betrekking heeft;
  • op een goed zichtbare en leesbare plaats;
  • palende aan de openbare weg;
  • op ooghoogte en met de tekst gericht naar de openbare weg.

De aanplakking moet dus gebeuren op een plaats waar het betrokken goed paalt aan een openbare weg ( dus effectief aan de grens tussen het betrokken perceel en het openbaar domein en bijvoorbeeld niet op een bordje in het midden van het betrokken perceel zodat nauwelijks iemand dit kan zien). De aanplakking dient dan ook zichtbaar en leesbaar te zijn vanaf de openbare weg. Je neemt dan ook best maatregelen om de affiche te beschermen tegen wind en regen.

  • Als het betrokken perceel paalt aan verschillende openbare wegen, dan dient de aanplakking te gebeuren aan elk van die openbare wegen.
  • Als het betrokken perceel niet paalt aan een openbare weg, dan dient deze aanplakking toch te gebeuren maar dan wel aan de dichtstbijzijnde gelegen openbare weg.

Bovendien moet deze beslissing van het college van burgemeester en schepenen over de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag worden aangebracht op een schutting, op een muur of op een bord aan een paal. Ook moet de tekst evenwijdig naar de openbare weg gericht zijn op een maximale hoogte van 2 meter.

De aanplakking duurt 30 dagen, gedurende deze termijn moet de affiche ook steeds op dezelfde plek blijven.

Binnen welke termijn moet je een bouwvergunning aanplakken?

Volgens de bepalingen van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dient de aanvrager de vergunning binnen de 10 dagen na ontvangst aan te plakken. Ook moet de aanvrager het gemeentebestuur, vaak via het omgevingsloket, hiervan op de hoogte brengen.

Wie controleert de (tijdige) aanplakking van bouwvergunningen?

Je bent als aanvrager verplicht de gemeente op de hoogte te brengen van de startdatum van de aanplakking. Ook na het beëindigen van de werken meld je dit bij de gemeente.

Welk belang heb ik bij het op tijd aanplakken van de stedenbouwkundige vergunning?

De termijn voor derden (bijvoorbeeld de buurman, …) om beroep aan te tekenen tegen de vergunningsbeslissing begint te lopen de dag na deze van de aanplakking. Hoe langer de verkrijger van de stedenbouwkundige vergunning dus wacht om over te gaan tot aanplakking, hoe langer derden in beroep kunnen gaan tegen deze vergunningsbeslissing.

Is de aanplakking onrechtmatig, kan ook nog na een termijn van 30 dagen een beroep worden ingesteld.

Het indienen van een beroep moet binnen 30 dagen gebeuren:

  • als de aanvrager niet akkoord is met de beslissing van het college van burgemeester en schepenen kan hij binnen de 30 dagen na ontvangst van de gemeentelijke beslissing beroep aantekenen;
  • door de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar of adviserende instanties de dag na de betekening van het afschrift van de beslissing of de kennisgeving;
  • door elke andere belanghebbende (natuurlijk persoon, rechtspersoon of procesbekwame vereniging) gaat de termijn van 30 dag in vanaf de dag na deze van de aanplakking. Deze andere belanghebbende zal in principe ook aan zijn beroepschrift het attest van aanplakking dienen toe te voegen voor zover dit tenminste beschikbaar is.

Let op: valt de 30ste dag op een zaterdag of een zondag, dan wordt deze termijn NIET verlengd tot de eerstvolgende werkdag.

De bouwwerken mogen pas starten ten vroegste 35 dagen na de eerste dag van de aanplakking van de bekomen stedenbouwkundige vergunning én op voorwaarde dat de aanvrager binnen die termijn niet op de hoogte werd gebracht dat er een beroep is ingesteld. Het indienen van een beroepschrift schorst onmiddellijk de uitvoering van de verleende stedenbouwkundige vergunning op tot aan de betekening van de beroepsbeslissing aan de aanvrager.

Wanneer vervalt mijn vergunning?

Je vergunning vervalt:

  • als de werken niet binnen twee jaar starten;
  • de constructie binnen drie jaar na de start van de werken niet winddicht is;
  • de werken langer dan twee jaar onderbroken worden.

Mis de laatste bouwnieuwtjes niet!

Ontvang onze wekelijkse updates vol nuttige tips over bouwen en verbouwen.

Wens je deze folder te lezen? Vul dan eenmalig je email adres in