Vastgoedprijzen
Superdure woningen
De Belgische huizenprijzen zijn nog meer overgewaardeerd dan de Amerikaanse. In ons land zijn de woningen 17 procent te duur, tegenover slechts 12 procent in de VS, zegt het Internationaal Monetair Fonds (IMF).
Die opmerkelijke vaststelling van het IMF doet twee belangrijke vragen rijzen. Zullen de Belgische huizenprijzen de komende jaren sterk dalen? En leidt een mogelijke terugval van de vastgoedprijzen net als in de VS tot een recessie?
Voorlopig is er weinig reden tot bezorgdheid. De financiële gezondheid van de Belgische gezinnen is veel beter dan die van de Amerikaanse. Jan met de Pet spaart meer dan 10 procent van zijn netto-inkomen, terwijl Joe Sixpack niet spaart.
Hoewel de Belgische gezinnen meer lenen dan enkele jaren geleden, hebben ze relatief weinig schulden. Het aantal wanbetalingen op hypothecaire leningen blijft zeer laag. In de VS daarentegen hebben veel gezinnen zich zo diep in de schulden gestoken dat ze hun woonkrediet niet kunnen terugbetalen. De kredietverstrekkers nemen de woningen van de wanbetalers in beslag om ze te verkopen. Die gedwongen verkopen zetten de prijzen onder druk.
Chequeboek
Veel Amerikaanse gezinnen beschouwden hun woning als een chequeboek. Als hun huis meer waard werd, gebruikten ze hun hoger onroerend vermogen als onderpand om meer te lenen en meer te consumeren. Gezinnen geloofden dat de huizenprijzen alleen kunnen stijgen en vonden het daarom niet nodig te sparen. Als de huizenprijzen dan toch dalen, ontstaan grote problemen.
Een overwaardering van de huizenprijzen leidt echter niet noodzakelijk tot een prijsdaling. Er moet ook een katalysator zijn die een correctie van de prijzen in gang zet. Die katalysator deed zijn werk in de VS, maar bestaat niet in België.
Het is natuurlijk niet uitgesloten dat de Belgische huizenprijzen toch beginnen dalen. Maar een terugval van de woningprijzen zou geen dramatische gevolgen hebben voor de economische activiteit.
Krediet
De geringe kwetsbaarheid van ons land is te danken aan de kenmerken van de Belgische hypotheekmarkt. In België is het moeilijker een waardestijging van de eigen woning om te zetten in extra krediet. Daarom zouden dalende huizenprijzen wellicht niet leiden tot een sterke terugval van de consumptie en economische groei.
Maar ook de Belgische gezinnen moeten beseffen dat de huizenprijzen niet kunnen blijven stijgen in het tempo van de jongste jaren. Dat is ook niet wenselijk, want het wordt zelfs voor gezinnen met twee inkomens steeds moeilijker een betaalbare woning te vinden. Voor gezinnen met een bescheiden inkomen dreigt het onmogelijk te worden huiseigenaar te worden.
Veel politieke partijen beloofden in de verkiezingscampagne van vorig jaar maatregelen om wonen opnieuw betaalbaar te maken. Ze dachten daarbij natuurlijk niet aan een crash van de huizenprijzen. De overheid zal andere ingrepen moeten overwegen om iedereen een degelijk dak boven het hoofd te waarborgen.
Bron: De tijd
Die opmerkelijke vaststelling van het IMF doet twee belangrijke vragen rijzen. Zullen de Belgische huizenprijzen de komende jaren sterk dalen? En leidt een mogelijke terugval van de vastgoedprijzen net als in de VS tot een recessie?
Voorlopig is er weinig reden tot bezorgdheid. De financiële gezondheid van de Belgische gezinnen is veel beter dan die van de Amerikaanse. Jan met de Pet spaart meer dan 10 procent van zijn netto-inkomen, terwijl Joe Sixpack niet spaart.
Hoewel de Belgische gezinnen meer lenen dan enkele jaren geleden, hebben ze relatief weinig schulden. Het aantal wanbetalingen op hypothecaire leningen blijft zeer laag. In de VS daarentegen hebben veel gezinnen zich zo diep in de schulden gestoken dat ze hun woonkrediet niet kunnen terugbetalen. De kredietverstrekkers nemen de woningen van de wanbetalers in beslag om ze te verkopen. Die gedwongen verkopen zetten de prijzen onder druk.
Chequeboek
Veel Amerikaanse gezinnen beschouwden hun woning als een chequeboek. Als hun huis meer waard werd, gebruikten ze hun hoger onroerend vermogen als onderpand om meer te lenen en meer te consumeren. Gezinnen geloofden dat de huizenprijzen alleen kunnen stijgen en vonden het daarom niet nodig te sparen. Als de huizenprijzen dan toch dalen, ontstaan grote problemen.
Een overwaardering van de huizenprijzen leidt echter niet noodzakelijk tot een prijsdaling. Er moet ook een katalysator zijn die een correctie van de prijzen in gang zet. Die katalysator deed zijn werk in de VS, maar bestaat niet in België.
Het is natuurlijk niet uitgesloten dat de Belgische huizenprijzen toch beginnen dalen. Maar een terugval van de woningprijzen zou geen dramatische gevolgen hebben voor de economische activiteit.
Krediet
De geringe kwetsbaarheid van ons land is te danken aan de kenmerken van de Belgische hypotheekmarkt. In België is het moeilijker een waardestijging van de eigen woning om te zetten in extra krediet. Daarom zouden dalende huizenprijzen wellicht niet leiden tot een sterke terugval van de consumptie en economische groei.
Maar ook de Belgische gezinnen moeten beseffen dat de huizenprijzen niet kunnen blijven stijgen in het tempo van de jongste jaren. Dat is ook niet wenselijk, want het wordt zelfs voor gezinnen met twee inkomens steeds moeilijker een betaalbare woning te vinden. Voor gezinnen met een bescheiden inkomen dreigt het onmogelijk te worden huiseigenaar te worden.
Veel politieke partijen beloofden in de verkiezingscampagne van vorig jaar maatregelen om wonen opnieuw betaalbaar te maken. Ze dachten daarbij natuurlijk niet aan een crash van de huizenprijzen. De overheid zal andere ingrepen moeten overwegen om iedereen een degelijk dak boven het hoofd te waarborgen.
Bron: De tijd