Huur is vaak te duur
Bijna één op de vijf Vlaamse gezinnen huurt een woning op de particuliere huurmarkt. Hun zoektocht is niet altijd gemakkelijk. De betaalbaarheid en kwaliteit van de woning zijn belangrijke aandachtspunten. Voor alleenstaanden met een budget van 500 euro is het bijzonder moeilijk iets te vinden.
In elke provincie zijn er Huurdersbonden waar je als huurder voor advies terecht kunt. De Huurdersbond Oost-Vlaanderen bestaat 25 jaar en behoort bij de pioniers in het geven van informatie en belangenverdediging. Daarnaast zijn er ook verschillende woonwinkels. Huurders kunnen er een beroep op doen om een gepast pand te vinden, voor begeleiding als er een bepaalde woonproblematiek is of eventueel voor een doorverwijzing naar verdere hulpverlening.
Woonwinkel Pajottenland is actief in zes gemeenten: Bever, Galmaarden, Gooik, Herne, Lennik en Pepingen. ‘In onze regio is er een huurmarkt van gemiddeld 15 procent, wat heel weinig is. In sommige gemeenten wordt bijna 90 procent van de huizen bewoond door de eigenaar, daar is dus amper een huurwoning te vinden', zegt Koen Vereeken van Woonwinkel Pajottenland.
De nabijheid van Brussel speelt ook mee: de huurprijzen zijn relatief hoog. Er zijn mensen die bijvoorbeeld voor de Europese Unie werken en in de Rand willen wonen. Voor hen is er geen financieel probleem om een betaalbare woning te vinden. Zij kunnen terecht in villa's, maar dat is een apart circuit. ‘Voor de autochtone inwoners wordt het wel steeds moeilijker en moeilijker. Zij hebben het budget niet om een eigen woning te kopen. Dan gaat het bijvoorbeeld over jongere mensen, maar vooral ook over alleenstaanden.'
Verouderd
Met een budget van 700 euro kun je in deze regio na lang zoeken wel een woning vinden, maar het aanbod is zeer klein. In gemeenten als Pepingen zijn er amper appartementen. In Galmaarden is nog wel een rijhuisje met een tuin te vinden, maar niet in Lennik. De huurprijzen verschillen immers van gemeente tot gemeente. Hoe lang het duurt iets te vinden, hangt af van de criteria die de huurders opleggen. Hoe minder voorkeuren, hoe gemakkelijker. Het woningbestand in de regio was deels verouderd. Meer dan een derde van de huizen dateert van voor de Tweede Wereldoorlog, in Bever is dat 60 procent. Door de instroom van jonge gezinnen is een pak woningen intussen gerenoveerd. ‘Er is een inhaalbeweging, maar er zijn nog behoorlijk wat woningen met een lage comfortstatus. Vaak zijn dat huizen waarin oudere mensen wonen.'
In de Westhoek is een budget van 750 euro al vrij hoog. ‘Daarmee vind je wel een woning, maar het merendeel van onze huurders zoeken iets dat niet duurder is dan 500 euro. Dan is het vaak moeilijk om iets betaalbaars te vinden, vooral ook omdat de meesten een huis boven een appartement verkiezen', zegt Katrien Debevere van Woonwinkel West in Diksmuide. Ze verwijst naar de invloed van de Kust waardoor de prijzen ook in het hinterland de hoogte in gaan.
Ook in de regio Turnhout is het soms een hele zoektocht. Daar heb je minstens een budget van 750 euro nodig om een bescheiden woning of appartement te kunnen huren. ‘Vaak is dat niet eens in een goede staat, is het slecht geïsoleerd en is er veel energieverlies. Jammer genoeg hebben de meeste alleenstaanden slechts een budget van 500 euro en in die prijscategorie is absoluut geen degelijk aanbod, tenzij een eerder marginale woning die in een slechte staat verkeert', zegt Tim Hendrickx van het project Wonen in de stadregio Turnhout. In de stad Turnhout zelf kun je met pakweg 600 euro nog iets bescheiden vinden, maar in de buurgemeenten Beerse, Oud-Turnhout of Vosselaar vind je voor dat bedrag slechts uitzonderlijk een huurwoning.
Ook op het wooninfopunt van Beter Wonen aan de Gete in Landen, Linter en Hoegaarden kan iedereen terecht voor informatie en voor begeleidingen bij het zoeken naar een huurwoning. ‘In Landen waren er in 2001 82,2 procent eigenaars, in Hoegaarden 83 procent en in Linter 91,7 procent. De vraag naar huurwoningen is in ons werkingsgebied groter dan het aanbod. Vandaag kun je in Landen een appartement met één slaapkamer huren voor 500 euro, maar voor een appartement met twee slaapkamers moet je rekenen met een huurprijs van 600 euro. Voor een woning betaal je minstens 700 euro', zegt Katja Calsyn. Ze wijst er op dat er in de regio huurders zijn voor wie deze bedragen best een haalbare kaart zijn. De woonwinkel bereikt echter vooral mensen die het vaak moeilijk hebben om 500 euro of meer te betalen. ‘Bij woningen in de laagste prijscategorie is de kans op kwaliteitsproblemen ook groter. Vaak zal de huurder dat aanvaarden en is hij al blij dat de huurprijs binnen zijn budget past', aldus Katja Calsyn.
Prijsverschillen
Dat er regionale prijsverschillen zijn, zegt ook Stefaan Coucke, gedelegeerd bestuurder van Dewaele vastgoed & advies. ‘De huurprijzen in Gent, Antwerpen en Brussel liggen hoger dan in steden als Hasselt of Brugge. Voor 750 euro kun je in Brugge nog een vrij groot aanbod bescheiden woningen vinden, in Gent en Antwerpen is de keuze veel minder. Er zijn ook regionale verschillen in de provincies. Zo zijn de hoofdsteden duurder dan de andere centrumsteden. In sommige landelijke gebieden kun je soms voor 750 euro nog een iets ruimere en alleenstaande woning huren. Maar daar is de vraag kleiner.'
In de crisisjaren 2008 en 2009 was er veel meer vraag naar huurwoningen en dat deed de huurprijzen stijgen. ‘Nu is de markt gestabiliseerd. We zien dat jongere stellen die financiële steun van thuis krijgen, eerder geneigd zijn iets te kopen. Vastgoed is interessanter dan het beleggen van geld. Maar de huurmarkt blijft in trek. Er zijn bijvoorbeeld steeds meer paren die uit elkaar gaan en op korte termijn iets zoeken om te wonen. Zij komen dus gemakkelijker op de huurmarkt terecht. Die groep is een belangrijk segment. Er is ook een kleine minderheid die in luxe wil leven en een mooi pand huurt, soms omdat dit hen financieel beter uitkomt dan een dergelijke woning te kopen. Maar dan gaat het om een andere prijscategorie.'
Stefaan Coucke wijst er ook op dat de huurmarkt veel sneller evolueert en meer volatiel is dan de koopmarkt. ‘Wat een grote rol speelt op de particuliere huurmarkt, is de kwaliteit van de woning en het wooncomfort. Eigenaars die pakweg twintig jaar niet in hun woning investeerden, zullen het moeilijker hebben een goede prijs te krijgen. Zeer belangrijk is ook dat tegen 2020 de normen inzake wooncomfort voor verhuurwoningen behoorlijk streng zullen zijn, bijvoorbeeld in verband met isolatie Het is dus belangrijk om woningen die men verhuurt, goed in orde te brengen.'
Bron: De Standaard
