Vlaming bouwt zuiniger dan 10 jaar geleden

Ook al hebben we altijd gemorreld over de regelgeving, want die maakt bouwen duurder, toch blijken we in de praktijk beter te scoren dan van ons wordt verwacht. In 2006 startte de regelgeving met een E100-eis en lag het gemiddelde E-peil op 84. In 2014 was E60 de eis en bleek het gemiddelde E-peil op E43 te liggen.
De reden waarom we beter scoren dan de eis blijken de premies of fiscale voordelen te zijn die er te rapen vallen wanneer we het beter doen.
 
Wie nu nog beter doet dan de E50-eis, heeft recht op een korting op de onroerende voorheffing. Bij een E-peil van maximaal E30, geniet je gedurende 5 jaar een korting van 50%. Leg je de lat op maximaal E20, dan betaal je de eerste 5 jaar geen onroerende voorheffing (100% korting)
 

Appartementen blijven achter

Kleine kanttekening: het E-peil voor appartementen daalde minder sterk dan bij eengezinswoningen: van gemiddeld E85 in 2006 naar E61 in 2013. De verklaring is vrij logisch. Appartementen worden voornamelijk gebouwd door projectontwikkelaars. Zij kijken minder naar de energieprestaties van het gebouw dat ze ontwikkelen, maar eerder naar factoren die de woningen financieel aantrekkelijk maken.
 

Allemaal BEN

Het uiteindelijke doel is de EPB-regelgeving stap voor stap aan te scherpen tot E30 in 2021. Uit de resultaten van het VEA blijkt dat 1 op 25 woningen in 2012 al BEN was. In 2014 ging het al om 1 woning op 5 (22%). In concrete cijfers wil dat zeggen dat er al 767 BEN-voorlopers zijn.
 
De eindconclusie van minister Turtelboom is dat de Vlaming dubbel zo zuinig bouwt als 10 jaar geleden.