Financiele aspecten

Waarom is vaste rentevoet weer interessant?

De formules met variabele rente scoren nog altijd goed, maar heb je al eens aan de goeie ouwe 'vaste intrestformule' gedacht? Vooral nu, omdat die 'vaste' waarden (eindelijk) weer dalen.


De laatste jaren maakte de wereld van het hypotheekkrediet een minirevolutie door: de vaste rentevoet verloor zijn monopolie. Logisch, zou je denken. Want met de crisis die de financiële wereld in 2008 en 2009 in haar greep hield, hadden de banken het knap lastig om het vertrouwen te herstellen en financiering ('funding' in het jargon) op lange termijn te vinden.


Variabele rentevoet door grote poort

Gevolg: de rentevoeten op erg korte termijn stonden bijzonder laag en de langetermijnrente dan weer hoog… om klanten te lokken. Maar de hypotheekkredieten op lange termijn zijn meer op de langetermijnrente gericht dan op de kortlopende rente. De formules met vaste intrest lagen dan ook relatief hoog. In 2008 schommelden de rentevoeten rond 6,5 procent, terwijl de rentevoeten op de markt op 4 procent op lange termijn afklokten.
De deur stond dus wagenwijd open voor de formule met jaarlijkse herziening van de hypotheekintrest (1/1/1) om kandidaat-leners te lokken. "Het aandeel van onze formule met jaarlijks herzienbare intrestvoet maakte 86 procent uit van de ondertekende kredieten in 2008", aldus Liliane Tackaert, woordvoerster van BNP Paribas Fortis. In het begin van de jaren 2000 was de vaste intrest op 20 jaar nog goed voor 90 procent van de markt! Een minirevolutie, luidde het.


Vaste rente 20 jaar van 4,1 naar 4,25%

En hoe zit dat vandaag? "De formules met variabele rentevoeten blijven het goed doen, maar het aspect 'modeverschijnsel' breidt zich uit", meent Pascal Laserre, voorzitter van de vereniging van kredietmakelaars (APCC). Uit een kleine steekproef blijkt dat de jaarlijks herzienbare rentevoet nog zo'n 40 à 60 procent van de huidige aanvragen vertegenwoordigt. Toch pleiten meerdere argumenten in het voordeel van die goeie oude vaste rente. Want de druk is van de ketel voor de langetermijnrente, wat wijst op een langzame terugkeer van het vertrouwen onder de banken… en op een economisch herstel dat nog voet aan de grond moet krijgen.
De Belgische OLO op 10 jaar tikt af op 3,05 procent. Bankinstellingen vertalen dat als een vaste rentevoet van zo'n 5 procent voor hun klanten. "Wie stevig onderhandelt over een goed dossier kan normaal wel een tarief van 4,1 à 4,25 procent krijgen", meent Pascal Lasserre. De timing is nog zo'n element dat in het voordeel van de vaste rentevoet pleit. "Uiteraard liggen de cijfers voor iedereen anders, maar ik heb de indruk dat je al heel ver moet gaan zoeken om een formule met variabele rentevoet te vinden die goedkoper is dan een aanbod met vaste rente. Die vind je almaar minder." Wat logisch is. De rentevoeten staan op hun laagste punt sinds 5 jaar. De kans dat ze gaan stijgen, is veel realistischer dan de hoop op een verdere daling.

In cijfers

  • Een voordelige (stevig onderhandelde) vaste intrest op 20 jaar: 4,1 à 4,3%
  • Een degelijke variabele intrest 1/1/1 (met maxima): 2,7 à 2,9%
  • Een goede rentevoet 5/5/5 (met maxima): 3,5 à 3,65%


Index is nog geen tarief

In de mond-tot-mondreclame is de jaarlijks herzienbare rentevoet fel overroepen (2,8 à 2,9% bij de meest menslievende kredietverstrekkers). Wanneer je je keuze maakt, mag je één 'detail' niet uit het oog verliezen: de herziening van de jaarlijks aanpasbare rentevoet hangt af van welbepaalde indexen (A, B, C, D, E). Die indexen zijn weliswaar aan de tarieven op de markt gekoppeld, maar nooit helemaal (vertragingseffect). "Dat wil zeggen dat iemand die een tariefherziening kreeg in 2008, nu wellicht meer betaalt dan de rentevoet op de markt. Wie in 2009 of 2010 een tariefaanpassing kreeg, betaalt nu waarschijnlijk minder dan het markttarief", legt Pascal Laserre uit. Anders gezegd, de mond-tot-mondreclame stelt de voordelen van de variabele intrestvoet wel erg rooskleurig voor. "Er bestaan wel plannen om die indexen sneller op de realiteit van de markt te laten aansluiten", merkt Pascal Lasserre nog op.
Geschikt moment?
Hoe dan ook is dit geen slecht moment om een krediet te ondertekenen. Niet alleen liggen de rentevoeten laag, de banken proberen ook om de markttarieven en de rentevoeten van hun hypotheekleningen beter in evenwicht te brengen. De woningmarkt vertoont trouwens almaar meer tekenen van herstel. "Maar omdat het herstel nog niet is omgezet in een significante prijsstijging, kunnen veel kandidaat-kopers nog makkelijk een financiering voor een woning versieren dankzij de rentedaling", besluit Liliane Tackaert.


Bron: Netto.be
 

Mis de laatste bouwnieuwtjes niet!

Ontvang onze wekelijkse updates vol nuttige tips over bouwen en verbouwen.

Wens je deze folder te lezen? Vul dan eenmalig je email adres in