De verschillende dakbedekkingen van een hellend dak

1.1) Betonpannen

Betonpannen zijn een mengsel van grijze cement en zand dat gekleurd wordt met metaaloxides en afgewerkt met een transparante beschermingslaag. Wanneer het mengsel hard wordt, krijgt het zijn stevigheid. Betonpannen worden dus niet gebakken. Betonpannen zijn groter en zwaarder dan kleipannen. Daarom moet je het dakgebinte aanpassen aan dit soort pannen. Ze zijn verkrijgbaar in verschillende kleuren. 

1.2) Kleidakpannen

Al eeuwenlang worden dakpannen vervaardigd uit gebakken klei. Ze bestaan in heel wat kleuren, vormen en formaten. Kleidakpannen kunnen er strak en vlak uitzien of net een golvende vorm hebben. Kleidakpannen worden nog eens onderverdeeld in verschillende types (tegelpannen, vlakke pan met sluitingen, pannen met ribben en sluitingen, pannen met zachte golving of sluitingen en Romaanse pan).
Een gevoelig punt bij kleidakpannen is de vorstbestendigheid. Maar de fabrikanten geven hier vandaag al een garantie van 30 jaar.

2.1) Natuurleien

Natuurleien worden vervaardigd uit natuursteen (leisteen). Ze worden gekenmerkt door een authenticiteit. Elke lei heeft een iets andere kleur.

2.2) Kunstleien

Kunstleien of vezelcementleien bestaan uit een mengsel van cement, wapeningsvezels en mineralen (vezelcement). Deze kunnen op verschillende manieren geplaatst worden. Elke kunstlei is qua kleur hetzelfde, bij natuurleien is dat niet het geval. Ze zijn verkrijgbaar in verschillende formaten en kleuren. 

2.3) Bitumenleien

Met bitumenleien of dakshingles kunt u haast alle dakvormen, tot heel steile daken, bekleden. Bitumenleien worden vervaardigd in stroken van 1 meter. Deze kunnen het uitzicht hebben van natuurleien door insnijdingen. De bevestiging gebeurt met nagels met brede kop. Fabrieksmatig is ook een kleefstrook aangebracht die een extra hechting van de stroken onderling biedt. 

3.1) Zink

Zink kan als dakbedekking dienen vanaf een helling van 3°. Er zijn vandaag mogelijkheden om het materiaal niet meer te moeten verluchten aan de onderzijde. Tot recent was dit nog verplicht. Hierdoor zijn er geen energieverliezen meer langs de ventilatieopeningen. Er is ook geen risico meer op koude lucht of condensatie in de dakconstructie. De onverluchte dakopbouw met een warm daksysteem kan op 4 manieren gebeuren: op OSB platen, op sandwichpanelen, op minerale wol, PUR of PIR en op cellenglas. In deze gevallen dient zink gebruikt te worden met een beschermde onderzijde.  
 

3.2) Koper

Doordat koper oxideert heeft het een eigen typische groene kleur. De oxidatie is tevens goed voor de levensduur van het materiaal. Koper is erg onderhoudsvriendelijk. Naast het dak kun je ook de afwerking van de randen met koper doen. Hierdoor krijg je een uniform geheel. 

3.3) Aluminium

Aluminium zie je vooral terug in industriebouw, maar het vond de laatste jaren ook zijn weg naar de woningbouw. Aluminium panelen worden op maat gemaakt en later vastgeniet. 

4.1) Riet

Wordt vooral toegepast als accent in de pastorijstijl, maar is voor de rest minder populair. Het plaatsen van riet moet door een specialist gebeuren. De brandveiligheid van riet is tegenwoordig door de technische vooruitgang veel beter dan vroeger. Voor een rieten dak kan enkel eenjarig riet worden gebruikt. Er bestaan twee verschillende vormen van rieten daken: een schroefdak (onderdak van houten platen) en een traditioneel dak (riet rechtstreeks op houten geraamte gelegd).