Bouwen en de wet

Meeste bouwovertredingen pas hersteld na inning dwangsom

Zowat 18 procent van de bevolen herstelmaatregelen worden spontaan binnen de door de rechter opgelegde termijn zijn uitgevoerd en zowat 63 procent na inning van de dwangsom. De overige 19 procent moet nog worden uitgevoerd, al dan niet na het verder lopen van de dwangsom.
De gegevens staan in een advies van de Hoge Raad voor het Herstelbeleid aan het Vlaams parlement over het nut van dwangsommen in dossiers waar die onbeperkt oplopen terwijl de herstelmaatregel toch niet wordt uitgevoerd. De cijfers tonen volgens de Hoge Raad alvast aan dat de dwangsomprocedure in de regel zijn doel niet voorbijschiet.

Cijfers
De Bouwinspectie heeft geen gegevens over de gemiddelde looptijd van dwangsomvorderingen. Maar de looptijd is, volgens de Bouwinspectie, doorgaans beperkt omdat de meeste betrokkenen tot herstel overgaan na een eerste uitvoering van de beslagprocedure. Die procedure wordt sinds 1999 opgestart zodra een termijn van drie maanden of een bedrag van 6.500 euro is overschreden.

Er zouden wel enkele dossiers zijn waarin de looptijd oploopt, onder meer omdat de dwangsom te laag is om de veroordeelde tot herstel aan te zetten of omdat de veroordelde er ten onrechte van uitgaat dat reeds verbeurde dwangsommen vervallen indien hij de herstelmaatregel na het verstrijken van de termijn toch nog uitvoert.

Voor dat laatste geval adviseert de Hoge Raad om decretaal de mogelijkheid te voorzien om dwangsommen (deels) kwijt te schelden, zodat dit als "verzachtende factor" kan worden voorgehouden.

Bron: Het Laatste Nieuws/Belga

Mis de laatste bouwnieuwtjes niet!

Ontvang onze wekelijkse updates vol nuttige tips over bouwen en verbouwen.

Wens je deze folder te lezen? Vul dan eenmalig je email adres in