Bomen wijzen de weg

Op de bouwgrond van Herman en Inge stonden enkele prachtige, uit de kluiten gewassen bomen. Voor de Gentse architect Nicolas Blondeel een mooie uitdaging om tussen die bomen te gaan bouwen, en om ook het natuurlijke aspect van hout in de woning te integreren. Opdracht geslaagd.


Zowel voor de architect als voor Herman en Inge was het van bij het begin duidelijk: de bomen moesten en zouden een belangrijk onderdeel blijven van de leefomgeving. Geen sinecure, want om zoveel mogelijk bomen te behouden, moesten ze zelfs een verkavelingswijziging aanvragen bij de gemeente. Dankzij die aanpassing mocht het huis verder van de straatkant gebouwd worden, te midden van de bomen.

Aan de rechterkant lieten ze vier exemplaren verwijderen, op die plek zou er een houten aanbouw komen, en daar kon het huis ook onderkelderd worden. Dat was op alle andere plaatsen onmogelijk door het wortelnetwerk van de resterende bomen. “Het idyllische plan was om de houten aanbouw te realiseren met het hout van de gekapte bomen”, vertelt Blondeel. “Maar dat was praktisch onhaalbaar. Zo’n houtmassa moet eerst een heel lange tijd gedroogd worden, alvorens het als bouwmateriaal kan dienen. Dat idee hebben we dus laten varen.”

Houten hangmat

De blikvanger van deze woonst is zonder twijfel het golvende dak. Een houten huzarenstuk dat twee afzonderlijke bakstenen bouwwerken met mekaar verbindt. Het keukengedeelte vooraan, en het salongedeelte achteraan zijn immers beiden in baksteen opgetrokken, maar ertussen staat geen stenen verbinding. De overgang wordt gemaakt door een glazen constructie, de houten aanbouw en het golvende dak. “Als een hangmat die tussen twee bomen hangt”, omschrijft Blondeel het poëtisch.

Akoestisch contact

Zowel in de lengte als in de hoogte ademt deze woning een enorm ruimtegevoel uit. Er zijn zo weinig mogelijk deuren gebruikt, en waar die er toch zijn, staan ze doorgaans de hele dag open. Herman, Inge en hun zoon Siebe vinden zo’n open gevoel bijzonder aangenaam. Ook het bureau op de eerste verdieping, in de vide, is daar een mooi voorbeeld van. “Hoewel je visueel van de benedenverdieping bent afgesloten, heb je wel een akoestisch contact. Je hoort alles wat beneden gebeurt”, legt Blondeel uit. “Andersom is het vanuit de slaapkamer van de ouders. Zij kunnen doorheen drie ramen naar het gelijkvloers kijken, maar het geluid komt hun kamer niet in.”

Plekgevoelens

De architect is zelf een groot voorstander van het zogenaamde loftgevoel, al vindt hij het belangrijk dat elke plaats zijn eigenheid behoudt. “Ik noem dat de plekgevoelens”, lacht Blondeel. “Dat is mijn stopwoordje. Ik vind dat elke plaats zijn eigen plekgevoel moet hebben, en dat gevoel creëer je door het specifieke gebruik van materialen en het variëren in plafondhoogte.” Zo ook bij Herman en Inge. Het inox meubilair van de keuken bakent duidelijk haar territorium af, terwijl het lagere plafond achteraan aangeeft dat we het salon betreden.

Ruwe vloer

Grote constante doorheen de volledige benedenverdieping is de vloer in ruwe schiefersteen. Een vloersoort die eigenlijk voor buitengebruik bedoeld is, maar waarvoor Blondeel opnieuw een filosofische uitleg klaar heeft. “Ik wilde de stenen dreef die hier vroeger tussen de bomen lag, opnieuw tot leven brengen. Een keuken op pootjes, een zwevende haard en zo weinig mogelijk kasten op de grond zorgen ervoor dat de steen zoveel mogelijk kan doorlopen over het volledige gelijkvloers.”

Ganzenpas

Hoe open en toegankelijk deze moderne woonst ook mag zijn, wie in het meest private plekje wil geraken – de logeerkamer – moet daar iets voor over hebben. De trap die naar dit bovenste kamertje leidt, is immers een zogenaamde ganzenpastrap. “Het is in feite niets meer dan een hellende plaat met daarop driehoekskubussen die we een metaalkleur hebben gegeven”, legt Blondeel uit en hij demonstreert in één moeite hoe je zo’n vreemde attractie gebruikt. “Gewoon verstand op nul en denken dat je een normale trap opwandelt”, lacht hij. Het lijkt wel alsof we de nok van een boom beklimmen. Maar dat is hier waarschijnlijk net de bedoeling.
 

Identikit
  • Architect: Nicolas Blondeel
  • Bouwfirma: W. De Roeck (ruwbouw), R. De Wever (houtwerk)
  • Bouwjaar: 1998
  • Bouwmethode: Traditioneel metselwerk gemengd met houtskeletbouw
  • Perceelgrootte: 831 m2
  • Bewoonbare oppervlakte: 190 m2
  • Budget: Op aanvraag



Bron: Bouwen & Interieur - Tekst: An Bogaerts - Fotografie: Luc Roymans

Mis de laatste bouwnieuwtjes niet!

Ontvang onze wekelijkse updates vol nuttige tips over bouwen en verbouwen.

Wens je deze folder te lezen? Vul dan eenmalig je email adres in