Zes op tien energielabels zijn niet betrouwbaar

Energielabels op de huishoudapparaten worden door de fabrikanten zelf opgemaakt. Er is geen onafhankelijke controle op de geafficheerde energiescore. Dat laat blijkbaar ruimte voor een vrije interpretatie van de testresultaten. Dat mag alleszins blijken uit de steekproeven van de economische inspectie van de FOD Economie. “We controleren of de producenten hun energielabels naar waarheid hebben ingevuld, maar dat gebeurt vaak niet,” zegt Chantal Depauw van de economische inspectie in Het Laatste Nieuws. “Producenten die niet in orde waren, hadden zich meestal met één energieniveau ‘vergist’.” Die vergissing zorgt er evenwel voor dat de aankoop en stroomfactuur tientallen euro’s duurder worden.

Onterecht duurder

Een hogere of lagere energiescore op het energielabel betekent meteen ook een verschil in de aankoopprijs. Zuinige toestellen (al dan niet correct gelabeld) kosten meer bij de aankoop. Dat verschil wordt meestal gerechtvaardigd omdat het toestel minder verbruikt en de meerkost zo na verloop van tijd terugverdient. Tenzij met het label gesjoemeld is natuurlijk. Het verschil in verbruik tussen een A+-koelkast en een even grote A++-koelkast kan op 15 jaar oplopen tot 211 euro.